Mijn LG
Mijn LG

Het 8e actieprogramma Nitraatrichtlijn uitgelegd in minder dan 2 minuten

Mais
Het 8e actieprogramma Nitraatrichtlijn gaat op 1 januari 2026 van start en brengt nieuwe regels met zich mee voor landbouwers in Nederland. Het doel is om de kwaliteit van grond- en oppervlaktewater te verbereren door de verontreiniging met nitraat door landbouw te verminderen.

Om de nieuwe regels overzichtelijk te maken, legt productmanager Martijn van Overveld het programma uit aan de hand van de vijf G’s: Gebied, Gewas, Gras, Grondsoort en Geografie.

Martijn van Overveld legt uit:

De 5 G’s verder uitgelegd

1: Gebied – waar ligt jouw bedrijf? Zit je in een fosfaat aandachtsgebied, een stikstof aandachtsgebied of misschien wel in alle twee? In een fosfaat aandachtsgebied heb je te maken met greppels op de bufferstroken. In een stikstof aandachtsgebied met een korting op je gebruiksnorm. De hoogte van de korting op de gebruiksnorm is afhankelijk of je in categorie 1 of categorie 2 zit.

2: Gewas – hoofdteelt maakt verschil. Is mais je hoofdteelt? Dan blijven de regels gelden zoals die al zijn voor zand- en lössgronden.

3: Gras – let op bij scheuren. Wanneer je grasland gaat scheuren, is de grondsoort bepalend voor de geldende regels. Op zand- en lössgronden geldt een korting van 65 kg stikstof per hectare. Op kleigronden blijft de bestaande regelgeving van kracht.

4: Grondsoort – invloed op bufferstroken. Op klei- en veengronden waar de waterkwaliteit op orde is, mag de bufferstrookbreedte teruggebracht worden naar 1 meter.

5: Geografie – verschil tussen noord en zuid. In het zuiden tellen andere regels dan in het noorden wanneer het gaat over de rotatie van rustgewassen. In het zuiden is dit 1 op 3 of 2 op 6 en in het noorden blijft het 1 op 4.

Bekijk de uitwerking van de 5 G’s in onderstaand schema:

 Vragen over bovenstaand schema? Neem contact op met je regionale teeltspecialist:

Even een dubbelcheck
of gewoon een vraag?

Neem contact op met jouw regionale specialist.