Een rendabele eiwitteelt voor akkerbouwers

De teelt van plantaardig eiwit in de eigen regio staat sterk in de belangstelling. Voor akkerbouwers betekent dit groeiende afzetmarkten van eiwitgewassen aan veebedrijven, voederbedrijven en de foodsector. Met de veldbonen staan alle lichten op groen voor een rendabele eiwitteelt op het akkerbouwbedrijf.

De voordelen van veldbonen:

  • hogere opbrengstpotentie (4,5 tot 8,5 ton/ha) met minder zaaizaad
  • vlinderbloemige, bindt eigen stikstof
  • vroege oogst en zeer mooie stoppel 
  • perfect rustgewas dat ook nog N nalevert
  • telt mee als 3e gewas in vergroening en met factor 0,7 als Ecologisch Aandachtsgebied (per 2018 geen gbm toegestaan in EA)
  • hoogwaardig eiwit- en zetmeelrijk voeder voor melkvee, vleesvee, varkens en pluimvee

Voor akkerbouwers liggen de kansen in regionale samenwerking met rund- en pluimveehouders, varkenshouders en veevoederfabrieken.

Hans Meijer, akkerbouwer in Cadzand:

"Winterveldbonen aanwinst in ons bouwplan"

Om invulling te geven aan de vergroeningseisen, informeerde akkerbouwer Hans Meijer bij zijn adviseur naar veldbonen. Die wees hem op winterveldbonen. De opbrengst zou dat jaar (2015) uitkomen op bijna 8 ton per hectare.

“Dat eerste seizoen slaagde de teelt fantastisch. Het gewas kwam mooi de winter uit, stoelde fors uit en hield het onkruid eronder met alleen een bodemherbicide. En die opbrengst smaakte duidelijk naar meer”, blikt Meijer terug.

Acceptabel saldo

Het tweede teeltjaar startte ook heel mooi, maar de opbrengst viel, zoals bij alle zaadgewassen, in dat jaar tegen. “Door de donkere, koude mei en juni was de bestuiving slecht. Desondanks leverden de winterveldbonen nog altijd een acceptabel saldo.”

Aanwinst in het bouwplan

Meijer zaaide najaar 2016 dan ook opnieuw winterveldbonen. “Het is een geweldige aanwinst in mijn bouwplan, als rustgewas dat intensief wortelt, vroeg van het veld is en zelf stikstof bindt. Bovendien geloof ik sterk in lokale plantaardige eiwitproductie. Het is te hopen dat de politiek nu ook eens een visie ontwikkelt op dit gebied: gaan we echt duurzaam doen, of het alleen zeggen?”